Aruba, ooit geboren uit een vulkaanuitbarsting met een bodem van koraal is het grootste deel van het jaar kaal. Alleen tijdens het regenseizoen van oktober tot februari regent het vaak en lang genoeg voor de planten, cactussen en bomen om het eiland een groene kleur en frisse geur te geven. De rest van het jaar teert de vegetatie op haar reserves en een af en toe voorbij trekkend verfrissend buitje. Grondwater is een fenomeen wat op Aruba nauwelijks voorkomt.
Maar hoe kan het dan dat de tuinen er zo weelderig uitzien en de palmbomen en bougainville elk jaar weer groter worden? Dat komt door uitgekiende, moderne drip-systemen. Op Curaçao hadden wij óók zo’n systeem. Een deepwell vol helder grondwater waar we ook het zwembad mee vulden, zorgde voor een prachtig groen grasveld en een tuin wat de vergelijking met de ongerepte jungle goed kon doorstaan. Maar hier op Aruba hebben we geen grondwater en is het drip-systeem daarom aangesloten op de put. De beerput wel te verstaan.
Nadat het regenseizoen is afgelopen is het ook gedaan met de frisse lucht. Stuk voor stuk slaan de drip-systemen ’s nachts aan en variërend van de grootte van de tuin werken zij hun programma’s om de planten te bewateren in korte of veel langere tijd af.
Er hangt op Aruba geen zoete ochtenddauw over het eiland, die uitnodigt om in je tropische tuin een heerlijk ontbijt te nuttigen. Nee, we sluiten de ramen en deuren en drinken onze koffie voor het raam, kijkend naar onze prachtige tropische tuinen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten